Grote sopraan redt matte Madame Butterfly

Madame Butterfly, gezien en gehoord in Théâtre de l’Archevêché op 10 juli 2024 tijdens het festival d’Aix en Provence

Als in de tweede akte Cio-Cio-San verschijnt, komt de voorstelling tot leven. Met ogenschijnlijk gemak zingt ze de sopraanaria Un bel dì, vedremo, als ze inziet dat de veel oudere Amerikaanse luitenant Pinkerton, op wie ze smoorverliefd is, het toch niet goed met haar voorheeft. Met een list krijgt hij haar in bed, waar een kind wordt verwekt; haar onervarenheid kon dit niet voorkomen. Hij verdwijnt de volgende dag zonder intentie tot terugkeer. Als hij in de derde akte zijn kind bij haar weghaalt, is ze ten einde raad en sterft. Knap hoe Cio-Cio-San verstaanbaar in alle sopraanregisters zoveel open en zuiver geluid produceert om al haar wanhoop tentoon te spreiden.

Irit van der Veldt

De hele opera speelt zich af in een ruimte die alles weg heeft van een Japans paviljoen: sober, strak en vierkant. Daarbinnen twee vaalgele kamerschermen summier voorzien van oosterse motieven en zitjes met antiek oosters meubilair. Rondom dit paviljoen een smalle draaischijf met daarop in het zwart geklede Japanse personages in sierlijke houdingen en traditionele accessoires. Voor de Duitse regisseur Andrea Breth en decorontwerper Raimund Orfeo Voigt op deze wijze de mogelijkheid het clichébeeld van Japanse kersenbloemen te vermijden.

Rijpe sopraan sleept opera achter zich aan

Wanneer ze in de derde akte de moeilijke aria Tu, tu, piccolo Iddio met afwisselend legato en legatissimo royaal variërend in dynamiek toch warm, goed getimed en heel verstaanbaar zingt, is het muisstil op de tribune: hier staat een grote sopraan die dit lastige repertoire aan kan. Het leven heeft haar goed geraakt maar mentaal is ze rijper. Haar spel is minder impulsief en haar zang is nog voller.  De hele avond staat Cio-Cio-San (Ermonela Jaho) onafgebroken op het podium en produceert het hele scala aan bijpassende emoties op hoog artistiek niveau op een warme zomeravond in de buitenlucht.

Koor en orkest dragen bij aan de redding

Dat deze loftuitingen niet opgaan voor de overige zangers is jammer maar dat Pínkerton (Adam Smith) wel zingt maar soms geen muziek maakt, is een probleem. Zeker gezien het feit dat hij – als belangrijkste tegenspeler van Cio-Cio-San ook in het centrum van de voorstelling staat. Gelukkig is het Suzuki, haar bediende (Mihoko Fujimura) die als mezzo mooi tegenwicht biedt met name in de troostscene in de derde akte. Het koor uit Lyon zingt prachtig en warm en het orkest maakt van dit stuk een echt emotioneel treurspel.

Of deze voorstelling lang blijft hangen, valt te betwijfelen. We zagen wat maskers, Japanse klederdracht, pantomime met kraanvogels en bewegingen in slow motion en uiteraard een zeer overtuigende Cio-Cio San en een geweldig koor en orkest. Verder een statisch decor dat niet resoneert, ook niet in het gebrek eraan.

  • Daniele Rustioni: dirigent
  • Andrea Breth: regisseur
  • Raimund Orfeo Voigt: decor
  • Adam Smith: B. F. Pinkerton
  • Ermonela Jaho: (madame Butterfly) Cio-Cio-San

En verder: https://festival-aix.com/en/programmation/opera/madame-butterfly