Knappe zang in voorspelbaar kader

“Jij verkoopt bloemen en bent mijn poëzie. Ik ben de poëet”. Het orkest van Opera Keulen onder leiding van Lorenzo Passerini, opent met de eerste klanken van de aria Che gelida manina (‘Wat een koud handje’) door tenor Rodolfo (Arthur Espiritu) gevolgd door de openingsakkoorden voor de aria Mi chiamano Mimi (‘Mijn naam is Mimi’) door sopraan Mimi (Angela Nisi). Voor componist Puccini was het een eis: “alle emoties die de dood van een dierbare kunnen oproepen, moeten zo worden gerangschikt dat ze de diepste reactie van een zo breed mogelijk publiek opwekken”.

Puccini moet indertijd wel genoten hebben van de samenwerking met de librettisten Giuseppe Giacosa en Luigo Illica want met hen componeerde hij tussen 1890 en 1924 vier operahits: Manon Lescaut, Tosca, Madame Butterfly en La Bohème. Het oprechte respect voor elkaar was volgens Puccini het geheim van hun succes. La Bohème werd een operahit in vier bedrijven: twee luchtige, twee zware. Geheel volgens script presenteert Opera Keulen met de kerstdagen La Bohème van Giacomo Puccini. Filmisch, met levensechte decors en uitgelaten. Alles komt voorbij: fanfareorkest, ijscoman, vintage Volvo en sneeuw. Een huizenhoog, niet van echt te onderscheiden glas-in-lood raam, symboliseert het kleine appartement van de vier kunstenaarsvrienden in Quartier Latin. Beetje voorspelbaar wel maar het publiek geniet en de zang is voortreffelijk. Knap, want het orkest speelt sterk en is frontaal aanwezig.

Plot

Het is kerstavond. Vier kunstzinnige studenten, Rodolfo (dichter), Marcello (schilder), Shaunard (muzikant) en Collin (filosoof), wonen in een appartement in Parijs. Het is er erg koud; er is geen geld voor hout en eten. Shaunard heeft geluk met een baantje en brengt eten en wijn. Als de huisbaas de huur komt innen, zien de vier geen mogelijkheid die te betalen. Met de wijn voeren ze de huisbaas dronken en allen, behalve Rodolfo, gaan met het ‘uitgespaarde’ geld naar de kermis. Als Rodolfo alleen is, wordt er geklopt. Het blijkt Mimi die haar appartement niet in kan en vraagt om hulp. Rodolfo is gecharmeerd van haar en verzint een smoes om haar nog een paar uurtjes bij zich te houden.

Het tweetal wordt verliefd. Samen gaan ze naar de vrienden op de kermis. In een restaurant treffen ze elkaar, waar ook Musetta, het ex-vriendinnetje van Marcello, aanwezig is. Musetta, een uitdagende verschijning, flirt met Marcello die weer als een blok voor haar valt. Zonder te betalen verlaten de zes vrienden het restaurant.

Even later is het voorjaar en Rodolfo en Mimi blijken uit elkaar. Mimi is ziek en Rodolfo ziet de relatie daardoor niet zitten. Met een smoes heeft hij Mimi aan de kant gezet. Ze is verdrietig en beklaagt zich bij Marcello die een geslaagde poging doet het tweetal te herenigen. Mimi blijkt echter te ziek. Op een avond treft Musetta haar verzwakt op straat en tilt haar naar het appartement. De vrienden proberen Mimi te helpen met medicijnen en een warme mof maar ze sterft. Rodolfo is in tranen.

De vrienden laten een sterk staaltje zang horen. Zo ook de uitdagende in rood gehulde femme fatale Musetta. Ze zingt helder en verstaanbaar. Ook voor haar een hele opgave, de zaal geeft weinig gezien de beperkte akoestiek. Ze acteert, zingt en verleidt. Een mooie tegenhanger voor de introverte, spatzuivere Mimi enerzijds, en de bedachtzame, soms wat te zacht klinkende, zeer heldere Rodolfo anderzijds. Het koor van Opera Keulen, ingestudeerd voor koordirigent Bang-In Jung, maakt het spektakel tot een memorabel evenement.

De meermaals gelauwerde Duitse regisseur, Michael Hampe, laat hiermee een gezellige maar voorspelbare productie na. Nog t/m 15 januari 2023 te zien in Opera Keulen.

Deze recensie verscheen eerder in 8weekly: https://8weekly.nl/recensie/knappe-zang-in-een-voorspelbaar-kader/